Werkwijze van de Cliëntenraad


Beluister deze tekst

Om te kunnen adviseren op beleid is het noodzakelijk om kennis van zaken te hebben. Kennis van de organisaties die hier een rol in spelen en hoe deze organisaties zich tot elkaar verhouden. Daarnaast is kennis nodig over wat overheidsbeleid is en waar de gemeente zelf beleid kan voeren en hoe deze processen verlopen.

Wanneer er een aanvraag voor een advies gedaan wordt bij de Cliëntenraad krijgen de leden de bijbehorende documenten. Na het bestuderen van de documenten wordt er onderzoek gedaan naar wat het meest gunstig is voor de doelgroep met betrekking tot het onderwerp waarvoor advies wordt gevraagd.

Er zijn vele (onderzoeks- ) rapporten te vinden op het internet dat ingezet kan worden als ondersteuning van het te geven advies. Het voordeel van ervaringskennis of ervaringsdeskundigheid is, om gerichter te kunnen zoeken en tot eventuele alternatieven te komen welke in het advies verwerkt kunnen worden.

Er is nauwe samenwerking met de beleidsambtenaren, op die manier wordt de Cliëntenraad direct betrokken bij nieuwe of aan te passen beleid. Vanuit de Cliëntenraad kan dan meteen al input gegeven worden. De input kan dan direct bij het opstellen van de documenten meegenomen worden. Niet alle input wordt verwerkt, wanneer input niet meegenomen kan worden krijgen de leden van de Cliëntenraad wel te horen waarom dit niet meegenomen kan worden. Dit kan om verschillende redenen zijn, bijvoorbeeld vanwege juridische of financiële redenen.

De leden van de Cliëntenraad bereiden de adviezen voor in een klein team of alleen, wel kunnen alle leden met input komen. Zodra er een adviesverzoek binnenkomt wordt alle benodigde informatie opgezocht. Zijn er nog vragen over de binnengekomen documenten kunnen de leden een overleg met de beleidsmedewerker, die de documenten heeft opgesteld, plannen. Wanneer de informatie compleet is en er gedegen onderzoek is gedaan wordt er een conceptadvies opgesteld. Deze wordt besproken met alle leden en na eventuele aanpassingen vastgesteld. Daarna wordt het naar de beleidsmedewerker gestuurd.

Voor het bijhouden van kennis en updates van voortgang bij te houden vindt er geregeld overleg plaats met beleidsmedewerkers, de wethouder die betreffend onderwerp in de portefeuille heeft en met de directeur van de Inkomensdienstverlening. De directeur wordt tijdens het directie overleg bijgepraat over de werkzaamheden die de Cliëntenraad de afgelopen periode heeft verricht en wat er op de planning staat voor de komende tijd.